vrijdag 1 november 2013

Jezelf transformeren

Vaak zijn mensen niet tevreden met zichzelf. Dit kan over iets specifiek gaan, zoals zich redden in sociale situaties, prestaties op werk of school, of het kan meer algemeen zijn doorheen een gevoel van lage zelfwaarde.

Een vrij natuurlijke reflex wanneer men zulke gevoelens ervaart is te willen veranderen. Men wil zichzelf veranderen, anders zijn, ja, iemand anders zijn. 
Die reflex kan nog worden aangemoedigd door American Dream-achtige opvattingen als dat wanneer je maar hard werkt, je alles kan worden wat je wil, je iedereen kan worden die je maar verlangt te zijn. En de ideologie van de 'maakbaarheid van de mens' kan hier ook een duit in het zakje doen.

Echter, wanneer je er over nadenkt realiseer je je algauw dat je onmogelijk totaal iemand anders kan worden dan je bent. We hebben niet de vrijheid om onszelf volledig te veranderen. 

We kunnen niet veranderen, maar we kunnen wel transformeren. 
Wat is het verschil? Bij verandering wijzigen we iets aan onszelf: we gooien een deel weg dat we vervangen voor een ander deel. Bij transformatie nemen we een deel van onszelf en bewerken dit zodat het er anders uit ziet.

Indien we willen veranderen hebben we geen andere keuze dan te transformeren, want de bouwstenen waaruit we bestaan liggen al min of meer vast door onze levensgeschiedenis en onze biologische constitutie.
Ik ben er heel sterk van overtuigd dat wanneer je een bepaalde karaktertrek bij jezelf tot ontluiken wil brengen, je die moet opbouwen uit een reeds aanwezig iets in jezelf. Het moet ergens voeten in de grond hebben. Niets komt 'uit het niets' voort.

Laat me een persoonlijk voorbeeld nemen. Ik heb enorm veel waardering voor de karaktereigenschap 'vriendelijkheid', maar kan mezelf niet forceren vriendelijk te zijn wanneer ik eigenlijk een rotslechte dag heb. 
Om die vriendelijkheid tot uiting te laten komen moet ik zoeken naar iets in mij, een kortstondig gevoel van medeleven of sympathie, een gevoel van verbondenheid.
Het hoeft natuurlijk niet volledig uit mij te komen. Soms kan zo'n gevoel in leven geroepen worden door een vriendelijk gebaar van iemand anders. Maar wil ik vriendelijk zijn, moet er een vriendelijke tendens op dat ogenblik in mij aanwezig zijn, die ik vervolgens kan transformeren tot iets groters en mooiers.

Wanneer ik zonder die tendens en dus 'tegen mijn zin' vriendelijk ben, ben ik eigenlijk niet echt vriendelijk. 
Een voorbeeld zou kunnen zijn dat ik bang ben voor de gevolgen wanneer ik me onvriendelijk zou gedragen. Of misschien probeer ik de ander te misleiden om iets van hem gedaan te krijgen. 
Ik denk dat de meeste mensen intuïtief wel aanvoelen dat er in beide gevallen niet echt sprake is van oprechte vriendelijkheid, van vriendelijkheid als karaktertrek.

Je kan jezelf niet veranderen, maar wel transformeren. Dit versta ik onder het meester zijn in het jezelf-zijn: het beste van jezelf maken, letterlijk.

Geen opmerkingen: